11.3

LESSON 11.3 - WHAT DOES YOUR HOUSE LOOK LIKE?

Hoe ziet jouw huis eruit?

Z: Woon jij in een huis of in een appartement?
P: In een appartement. Op de derde verdieping.
Z: Heb je een balkon?
P: Ja, een klein balkon op het zuiden.
Z: Heerlijk! Ik woon in een rijtjeshuis met een tuin.
P: Wat fijn! Hoeveel kamers heb je?
Z: Drie slaapkamers, een woonkamer en een keuken.
P: Dat klinkt ruim. Hoe is je woonkamer ingericht?
Z: Er staat een grote bank, een houten tafel en veel planten.
P: Planten maken het gezellig.
Z: Vind ik ook. Wat voor vloer heb jij?
P: Laminaat. En jij?
Z: Wij hebben houten vloeren. Ik hou van warme kleuren.
P: Heb je veel schilderijen of posters?
Z: Een paar foto's en een schilderij boven de bank.
P: Wat is je favoriete plek in huis?
Z: De keuken! Ik breng daar veel tijd door. En jij?
P: Mijn werkkamer. Lekker rustig en licht.
Z: Werk je veel thuis?
P: Ja, drie dagen per week.
Z: Heb je ook een logeerkamer?
P: Ja, maar die gebruiken we ook als hobbykamer.
Z: Slim! Wij hebben een klein schuurtje in de tuin.
P: Handig voor fietsen en gereedschap.
Z: En hoe ziet je badkamer eruit?
P: Klein maar praktisch. Met een douche en een wastafel.
Z: Wij hebben zelfs een bad. Heerlijk in de winter!
P: Luxe! Misschien moet ik binnenkort verhuizen.

Phrases

I live on the third floor.
Ik woon op de derde verdieping.

Do you have a balcony?
Heb je een balkon?

My balcony faces south.
Mijn balkon ligt op het zuiden.

I live in a terraced house.
Ik woon in een rijtjeshuis.

We have a small garden.
We hebben een kleine tuin.

How many rooms do you have?
Hoeveel kamers heb je?

I have three bedrooms.
Ik heb drie slaapkamers.

There's a big couch in the living room.
Er staat een grote bank in de woonkamer.

I have many plants.
Ik heb veel planten.

Plants make it cozy.
Planten maken het gezellig.

We have wooden floors.
We hebben houten vloeren.

I like warm colors.
Ik hou van warme kleuren.

Do you have paintings?
Heb je schilderijen?

I have some photos on the wall.
Ik heb wat foto's aan de muur.

My favorite spot is the kitchen.
Mijn favoriete plek is de keuken.

I spend a lot of time there.
Ik breng daar veel tijd door.

I work from home three days a week.
Ik werk drie dagen per week thuis.

I have a quiet home office.
Ik heb een rustige werkkamer.

Do you have a guest room?
Heb je een logeerkamer?

It's also a hobby room.
Het is ook een hobbykamer.

We have a little shed in the garden.
We hebben een klein schuurtje in de tuin.

It's useful for bikes and tools.
Het is handig voor fietsen en gereedschap.

What does your bathroom look like?
Hoe ziet jouw badkamer eruit?

We have a small but practical bathroom.
We hebben een kleine maar praktische badkamer.

There's a shower and a sink.
Er is een douche en een wastafel.

We also have a bathtub.
We hebben ook een bad.

That's nice in the winter.
Dat is heerlijk in de winter.

Maybe I should move soon.
Misschien moet ik binnenkort verhuizen.